Heutsz, Joannes Benedictus van
Begrippenlijsten
Term | Definitie |
---|---|
Heutsz, Joannes Benedictus van | Joannes Benedictus van Heutsz (Coevorden, 3 februari 1851 – Montreux, 11 juli 1924) was een Nederlands luitenant-generaal, onder meer gouverneur-generaal van Nederlands-Indië van 1904 tot 1909 en militair en civiel gouverneur van Atjeh. Van Heutsz nam in 1867 als jonge 16-jarige volontair dienst bij het Instructie Bataljon in Kampen. Hij werd in 1873 op zijn verzoek overgeplaatst naar het Nederlandsch-Indische leger en vertrok in september van dat jaar naar Soerabaja. Hij vroeg en kreeg overplaatsing naar Atjeh en diende daar bij het 3e Bataljon Infanterie. Hij was toen met verlof in Nederland (1881-1883) voor de verdere opleiding aan de Hogere Krijgsschool voor officieren in Den Haag. In 1883 keerde Van Heutsz terug naar Nederlands-Indië en was achtereenvolgens gedurende zes jaren commandant van verschillende garnizoenen. Van Heutsz leerde in deze jaren Snouck Hurgronje, islam-deskundige en adviseur Inlandse Zaken, kennen en waarderen. Beiden waren van oordeel dat Atjeh eerst militair onderworpen diende te worden alvorens er een civiel bestuur gevestigd kon worden en waren tegen de bezuinigingspolitiek van het Indisch gouvernement. In 1894 werd Van Heutsz bevorderd tot luitenant-kolonel en in die rang in 1895 benoemd tot gewestelijk militair commandant van Sumatra's Oostkust in Medan. Van Heutsz werd in 1897 benoemd tot kolonel, chef van de generale staf te Batavia. Pas in 1903 verklaarde Van Heutsz, die gouverneur van Atjeh was geworden, dat de oorlog voorbij was. In 1904 volgde zijn benoeming tot gouverneur-generaal. Colijn, die hij in 1900 leerde kennen, werd zijn rechterhand, hoewel Snouck Hurgronje tot 1906 adviseur Inlandse Zaken was. Samen met Colijn wist Van Heutsz bezuinigingen door te voeren in het bestuursapparaat en wist hij door middel van het doen tekenen van korte verklaringen alle nog onafhankelijke Indische vorsten op de eilanden buiten Java onvoorwaardelijk aan het Nederlands gezag te onderwerpen. Van Heutsz voerde als gouverneur-generaal de onderwijspolitiek in, waardoor dessascholen werden opgericht; de dorpen bekostigden het onderwijs, terwijl het gouvernement voor de leermiddelen zorgde. Eind 1909 trad Van Heutsz af als gouverneur-generaal en vestigde zich in Amsterdam. Aanvankelijk hield hij zich actief bezig met allerlei Indische zaken en was hij onder meer betrokken bij de oprichting van het Koloniaal Museum (het huidige Koninklijk Instituut voor de Tropen). Van Heutsz overleed op 11 juli 1924 en werd op maandag 14 juli 1924 om half drie begraven op het kerkhof Clarens, nabij Montreux. Op donderdag 9 juni 1927 om twee uur werden zijn stoffelijke resten bijgezet in het mausoleum op de Nieuwe Oosterbegraafplaats in Amsterdam. Hij kreeg hierbij als enige niet-koninklijke persoon een staatsbegrafenis. Van Heutsz was ridder, officier, commandeur en bezat het Grootkruis in de Militaire Willems-Orde. Bronnen Vernoemingen in Indische buurten (aantal keren)
Hits - 1152
Synoniemen:
Heutsz, Heutz |