Colijn, Hendrikus
Begrippenlijsten
Term | Definitie |
---|---|
Colijn, Hendrikus | Hendrikus (Hendrik) Colijn is geboren in Burgerveen in de Haarlemmermeer op 22 juni 1869. Colijn groeide op in het Land van Heusden en Altena, maar volgde vanaf 1883 een opleiding aan de christelijke kweekschool in Nieuw-Vennep. In deze plaats had hij ook zijn eerste betrekking, van 1884 tot 1886 werkte hij er als hulponderwijzer. Hij ambieerde echter een militaire loopbaan. Van 1886 tot 1890 deed hij een militaire opleiding bij het instructiebataljon te Kampen deed daar ook van 1890 tot 1892 een hoofdcursus officiersopleiding. Van 1892 tot 1909 was hij als KNIL-militair in het toenmalige Nederlands-Indië gelegerd, voornamelijk in Atjeh. Colijn nam in 1894 deel aan de Expeditie naar Lombok. Voor zijn optreden ontving hij in augustus 1895 de Militaire Willems-Orde. In 1904 ging hij met verlof naar Nederland, waar hij ontvangen werd door koningin Wilhelmina en koningin Emma. Tevens had hij toen zijn eerste onderhoud over de koloniale politiek met minister-president Abraham Kuyper. Dat zelfde jaar reisde hij naar Indië terug als adjudant van de tot gouverneur-generaal benoemde J.B. van Heutsz, die hem al spoedig tot assistent-resident van de Gajoe- en Alaslanden benoemde. In 1907 werd Colijn benoemd tot secretaris van het gouvernement van Nederlands-Indië. Hij maakte in deze periode vele reizen door de hele Indonesische archipel. Op grond van zijn ervaringen schreef hij zijn driedelige studie Politiek beleid en bestuurszorg in de Buitenbezittingen (1907), in ambtelijke kringen wel de 'Bijbel van Colijn' genoemd, vanwege de grondige kennis van de koloniale verhoudingen die eruit sprak. In 1908 vervulde hij de laatste bestuursfunctie in Indië. Hij werd in 1910 namens de Anti-Revolutionaire Partij, ARP, lid van de Tweede Kamer voor het district Sneek. In 1911 volgde hij de afgetreden minister van Oorlog op, maar na de nederlaag van de coalitie in 1913 ging hij het bedrijfsleven in. Nadat zijn ambitie om gouverneur-generaal van Nederlands-Indië te worden in 1929 niet werd verwezenlijkt, bleef hij Eerste Kamerlid totdat zijn tweede benoeming tot voorzitter van de ministerraad volgde in 1933. Er zouden in totaal vijf kabinetsperiodes volgen onder zijn leiding, waarin hij in de eerste twee, van 1925 tot 1926, tevens minister van Koloniën was. Van 1933 tot 1939 was hij voorzitter van de ministerraad, ofwel minister-president van de kabinetten Colijn III, IV en V. In 1941 werd Colijn als gevolg van zijn steun aan het verzet door de Duitsers gevangengezet. Via Valkenburg ging hij naar Berlijn en vervolgens naar Ilmenau in Hotel Gabelbach. In deze plaats verbleef Colijn samen met zijn vrouw in ballingschap. Op 18 september 1944 overleed hij hier aan de gevolgen van een hartverlamming. In 1947 werd hij herbegraven te Den Haag. Bronnen Vernoemingen in Indische buurten (aantal keren)
Hits - 1091
Synoniemen:
Colijn |