Het Trichterveld, de Indische buurt?

Door Chris Meys

‘Lieflijke witte boerderijhuisjes met ouderwetse schoorstenen en oranjerode daken. Voor de buurt heb ik altijd al een voorliefde gehad. De aanblik geeft een vakantiegevoel’.

Deze schets van de buurt Trichterveld door journalist Jaco Meijer zal voor de meeste Maastrichtenaren herkenbaar zijn. Het is namelijk goed wonen in deze buurt van de wijk Mariaberg en bij velen roept de buurt dan ook warme gevoelens op. De witte woningen zijn gelegen in een zee van groen, en dat op vrij korte afstand van de binnenstad.

De situering van het Trichterveld in Maastricht
De Maastrichtse Indische buurt is gelegen in het westen van de stad, nabij het centrum. De buurt draagt de naam Trichterveld en maakt samen met de bloemenbuurt en de buurt Proosdijveld deel uit van de parochiewijk Mariaberg. Het is een arbeiderswijk die uit drie buurten bestaat, die tezamen een openluchtmuseum vormen van de architectuur en stedenbouw van een halve eeuw sociale woningbouw. Vanuit de binnenstad gezien ligt de wijk op een heuvel.

Het oudste deel van de wijk ontstond aan het begin van de twintigste eeuw als direct gevolg van de invoering van de Woningwet in 1901. Tussen 1907 en de jaren dertig kwam het Proosdijveld gereed. De wijk kreeg in de volksmond de naam Blauw Dorp, als gevolg van het feit dat de wijk buiten de gronden van de voormalige vestingstad staat. Ook speelden de blauwe dakpannen hierbij een rol, omdat de Maastrichtenaren ze associeerden met katholieken. Het was namelijk de katholieke bouwvereniging Sint Servatius die verantwoordelijk was voor het merendeel van de opgerichte woningen. Woningbouwvereniging Beter Wonen, een socialistische woningbouwvereniging, bouwde de andere arbeiderswoningen in de buurt. Deze woningen hebben vaak rode dakpannen, de kleur van de socialisten.

Nog voor de Tweede Wereldoorlog maakte de gemeente Maastricht een begin met het tweede deel van de wijk, de bloemenbuurt. De eerste woningen uit de buurt hebben nog een vooroorlogse architectuur en stedenbouw die gekenmerkt wordt door een hoge bebouwingsdichtheid, gesloten bouwblokken en nauwelijks groen. Na de Tweede Wereldoorlog breidde de gemeente Maastricht de buurt uit op basis van de parochiegedachte. In de Bloemenbuurt zie je dat terug in de differentiatie in gebouwtypen. Zo verrees een aantal van de eerste flatwoningen van Maastricht in Mariaberg. De bloemenbuurt is veel ruimer in opzet dan het vooroorlogse Blauw Dorp. De bloemenbuurt herbergt tevens de parochiekerk met stompe toren uit 1951 van architect Alphons Boosten. Sinds enige jaren is de kerk aan de eredienst onttrokken en sinds 2015 bevindt zich er een fitnesscentrum.

Vrijwel direct achter de kerk begint de Indische buurt het Trichterveld, dat als kenmerk een parkachtige stedenbouwkundige opzet heeft. Het is een voorbeeld van een echte tuinwijk. De buurt heeft als grenzen de eerder genoemde Bloemenbuurt, de Tongerseweg en de monumentale Algemene Begraafplaats aan de Tongerseweg. De buurt heeft een zeer ruime opzet en de twee-onder-één-kapwoningen liggen in een parkachtige structuur. Daarbij beschikken de woningen over grote tuinen. Daar komt echter bij dat de twee-onder-één-kapwoningen zelf dan weer uiterst klein zijn. Dit geeft het geheel een uiterst vriendelijke indruk: de buurt is feitelijk een dorp in de stad. 

[...]

De herkomst van de Indische straatnamen

Een analyse van de in Maastricht gekozen straatnamen leert dat deze niet allemaal in dezelfde periode zijn verleend. De meeste en eerste straatnamen dateren uit januari 1948, bij de aanleg van de wijk. De gemeenteraad kende toen de namen Java-, Sumatra-, Borneo-, Madoera-, Banka-, Billiton-, Celebes-, Bali-, Flores-, Timor-, Molukken-, Soerabaja-, Semarang-, Bandoeng- en Palembangstraat toe, alsook het Bataviaplantsoen. In 1949 verleende de gemeente twee straatnamen: op 23 februari de Archipelstraat en op 4 juli de Guineastraat. Vervolgens heeft ze nog enkele namen verleend in de eerste helft van de jaren vijftig, bij de voltooiing van de buurt, te weten de Minahassa-, Goentoer-, Merapi-, Slamat- en Soendastraat. Tot besluit heeft de gemeente in 1968 de laatste twee Indische straatnamen, de Makassar- en Karimatastraat, verleend.

Het motief om voor Indische straatnamen te gaan, werd door het stadsbestuur drieledig gemotiveerd. Zo streefde het bestuur een herkenbare eenheid in straatnamen na. Het moest duidelijk zijn welke straten bij elkaar hoorden. Daarnaast was de keuze voor juist Indische straatnamen: 

'afgeleid van de gedachte dat straks in Maastricht honderden Maastrichtenaren leven die voor hun vaderland enkele jaren in Indië hun militaire plicht hebben vervuld. Het zal ook de toekomstige generatie herinneren aan de tijd dat honderden Maastrichtenaren het vaderland in Indië dienden en de gedachte levendig houden dat tientallen onzer daar gevallen jongens in Indische bodem rusten.

Deze tekst is nog maar het begin van een veel langer artikel van Chris Meys, dat hij heeft geschreven voor het boek Onze Indische buurtenVolg ons ook op onze Facebookpagina Indische buurten.

Historische foto's

View the embedded image gallery online at:
https://indischebuurten.nl/buurten/maastricht#sigProId34925b92f2

Hedendaagse foto's, fotograaf Peter Mulder, d.d. 19-10-2017

View the embedded image gallery online at:
https://indischebuurten.nl/buurten/maastricht#sigProIda6f8db9c06

Hedendaagse foto's, fotograaf Bert Stijns, d.d. 1-7-2019

View the embedded image gallery online at:
https://indischebuurten.nl/buurten/maastricht#sigProIde06f2f548a